David en Johannis Gosker
David Gosker woont vanaf 1920 met zijn vrouw en kinderen aan de Louisalaan; h 0137
ij heeft een groente- en fruitwinkel aan de Hoofdstraat, die toen nog Dorpstraat heette. Later heeft hij een sigarenzaak, maar hij is meer geïnteresseerd in politiek dan in geld verdienen. Hij wordt lijsttrekker van de Anti Revolutionaire Partij.
Na de gemeenteraadsverkiezingen in 1923 wordt hij benoemd tot wethouder, met o.a. sociale zaken in zijn portefeuille. Deze functie zal hij jarenlang blijven vervullen.
Het zijn jaren van hoge werkloosheid. Als wethouder stimuleert hij op vele manieren de werkgelegenheid en laat zoveel mogelijk werkzoekenden voor hun uitkering werken. In die periode wordt onder andere de grote vijver in het park Berg en Bos aangelegd; met de schop gegraven door honderden werklozen.
Na de Duitse inval in 1940 wordt burgemeester Quarles van Ufford afgezet en wordt David Gosker loco-burgemeester. In 1941 neemt hij ontslag, omdat hij in toenemende mate wordt gedwongen maatregelen van de Duitse bezetter uit te voeren. Hij wordt dan zeer actief in het verzet.
Hij onderhoudt contacten met de leiders van de verschillende verzetsgroepen in Apeldoorn en speelt een rol in de lokale Ordedienst en bij de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers.
Zoon Johannis heeft bij het begin van de oorlog een kruidenierswinkel aan de Badhuisweg, waar ook kippen en konijnen over de toonbank gaan. Johannis is erg gemakkelijk voor klanten die niet kunnen of niet willen betalen, daarom wordt de winkel vooral gerund door zijn vrouw.
Hij houdt meer van handelen en een beetje spanning. Waarschijnlijk geïnspireerd door zijn vader raakt Johannis bij het verzet betrokken. Johannis is vooral actief bij het onderdak brengen van geallieerde piloten. Als hij moet onderduiken omdat hij gezocht wordt, laat hij, tot schrik van zijn vrouw, regelmatig zijn gezicht in de winkel zien.
De jongste zoon van Johannis, Ewoud, wordt op 21 maart 1945 geboren en zal op zondag 1 april 1e Paasdag worden gedoopt. Vader Johannis en opa David willen daar graag bij zijn en komen vanuit hun onderduikadressen naar huis. Dat is in die periode van de oorlog een enorm risico: de SicherheitsDienst is zeer actief.
In de nacht voorafgaande aan de doopdienst worden beiden gearresteerd en overgebracht naar de Willem III-kazerne.
De Canadese en Britse troepen naderen vanuit het zuiden en het oosten. De Duitsers zitten in het nauw en reageren paniekerig. Op 10 april ontvangt de SD-commandant in Apeldoorn de opdracht van de hogere leiding in Zwolle om de belangrijke verzetsstrijders onder de aanwezige gevangenen te executeren. Er is namelijk geen tijd meer om ze over te brengen naar gevangenissen in het westen van het land. Voor de Duitsers geldt nog steeds 'Befehl ist Befehl' en daarom worden onmiddellijk voorbereidingen getroffen.
Twee dagen later wordt een groep van 12 gevangenen geselecteerd en afgevoerd naar een munitie-opslagplaats langs de Soerenseweg. Op deze plek, het Kruisjesdal, wordt hen verteld ze vanwege ˜terrorisme en verboden wapenbezit˜ zullen worden geëxecuteerd. Na deze mededeling treedt een executiepeloton aan dat hen doodschiet.
David en Johannis Gosker maken deel uit van de groep van 12. De volgende dag, 13 april, worden nog eens 4 verzetsstrijders op dezelfde plek doodgeschoten. David is 66 jaar oud en zijn zoon Johannis 38. Niemand in Apeldoorn weet wat er is gebeurd.
Vier dagen later wordt Apeldoorn bevrijd. De Willem-III-kazerne gaat open, alle aanwezige gevangenen komen vrij, maar 16 mannen blijven zoek. Het enige dat de ongeruste familieleden horen is dat er een paar dagen eerder een aantal gevangenen in auto's is afgevoerd. Wekenlang blijft de onzekerheid bestaan, totdat na een zoekactie in de bossen op 23 mei, dus 5 weken na de bevrijding, de executieplaats met de lichamen wordt gevonden.
De meesten van hen worden een week later op Heidehof ter aarde besteld.
In het Kruisjesdal staan op de plek waar de executies plaatsvonden, 2 gedenkstenen met daarop 16 namen van verzetsmannen voor wie de bevrijding net te laat kwam.