Levie Philippus Cohen
Levie Philippus Cohen wordt op 10 januari 1902 in Groningen geboren als zoon van Alex Cohen en Jetje Bernard. Vader Alex is koopman en moeder Jetje is huisvrouw. Levie heeft een ouder zusje en na hem komen nog 2 broertjes.
Over zijn jeugd is weinig bekend.
Levie trouwt in 1928 in Groningen met de 23-jarige Bruintje de Groot. Uit dit huwelijk wordt in 1928 een levenloos kind geboren en in 1932 hun zoon Alex.
Levie wordt handelsreiziger. Mogelijk werkt hij eerst voor zijn oom die in Groningen verzekeringen, obligaties en loten verkoopt. Later werkt hij voor een metaalbedrijf. Vanaf1933 rijdt Levie waarschijnlijk in een eigen auto. Dat is in die tijd heel bijzonder.
Het gezin verhuist een aantal keren in keren in Groningen, maar vertrekt in 1934 naar Apeldoorn. Ze gaan wonen aan de Jachtlaan140.
In de Apeldoornsche Courant van 6 augustus 1934 wordt voor dit adres een net meisje gevraagd voor de ochtenden.
Twee jaar later volgt een oproep voor een dienstmeisje voor dag en nacht. Waarschijnlijk heeft dit te maken met de zwakke gezondheid van Bruintje. Bruintje overlijdt op 1 november 1937, 32 jaar oud.
Zoon Alex is dan vijfenhalf jaar oud. Voor Levie is de opvoeding van Alex in z’n eentje een te zware klus. Alex verhuist daarom eind december naar Groningen en wordt opgenomen in het gezin van een tante.
Levie gaat regelmatig met de auto naar Groningen om zijn zoon en verdere familie te zien. In Groningen leert hij Eva van Oostenkennen, met wie hij op 7 juli 1938 in het huwelijk treedt. Ze gaan, met Alex, in Apeldoorn wonen.
Bij het begin van het schooljaar 1938/1939 gaat Alex naarde eerste klas van Berg en Bos school op de Soerenseweg.
In 1939 krijgt Alex een broertje, met de naam Alexander.
Over deze periode in het leven van Levie is weinig bekend. Een nieuwsfeitje uit 1939 is de aanrijding die Levie heeft in Ruurlo.Hij botst hier met zijn zogenoemde luxe wagen op een vrachtwagen die vanaf een zandweg de verharde weg oprijdt. Hij komt met de schrik vrij.
Eva is actief als penningmeester van deJoodsche-Literaire Club. Deze club heeft regelmatig voordrachten, een maandelijkse vraagavond en boekbesprekingen op het programma staan.
In september 1940 of 1941 wordt Wolfgang Kotek opgenomen in het gezin. Wolfgang is een Joodse vluchteling uit Wuppertal die al bijna twee of drie jaar in Apeldoorn woont en zich erg ongelukkig voelt in het vorige opvanggezin. Wolfgang herinnert zich nog de warme ontvangst in het gezin van Levie en Eva. Wolfgang blijft op de school nr 20 aan de Stationsstraat, ‘de klompenschool’.
Vanaf 1 september 1942 mogen Joodse kinderen niet meer naar openbare scholen en zit Alex een aantal maanden thuis tot de start van deJoodsche school, half december 1942, aan de 1e Koningdwarsstraat 4, nu de Waldeck Pyrmontlaan op het Loo.
Op deze school zitten 57 joodse kinderen, die allemaal afkomstig zijn van openbare scholen in Apeldoorn. De joodse leerkrachten maken er het beste van. Uiteindelijk zullen 38 kinderen en 4 leerkrachten van deze school de oorlog niet overleven.
Levie ziet dit allemaal gebeuren en onderzoekt de mogelijkheden van onderduiken. In het voorjaar van 1942 duikt hij met zijn gezin onder, in Arnhem bij een zakelijke relatie.
Voor Wolfgang is het een volslagen verrassing als hij op een dag uit school komt en de familie vertrokken is. De auto is verdwenen van de oprit. Hij wordt opgevangen door de familie Stutterheim, van wie het huis is. Al snel wordt het huis opgeëist voor huisvesting van de Wehrmacht. Wolfgang zal uiteindelijk de oorlog overleven.
Na enige tijd voelen Levie en Eva zich toch niet veilig op hun onderduikadres. In juni 1942 keert het gezin terug naar Apeldoorn en gaat inwonen bij de familie Kamp op de Waltersingel 62, die al 2 Duitse joodse vluchtelingen in hun huis hebben opgenomen. Alex gaat weer naar de Joodsche school.
Bij de grote razzia van 2 oktober 1942 worden het echtpaar Kamp en de twee Duitse pleegkinderen uit het huis aan de Waltersingel meegenomen en naar Westerbork gebracht.
Levie heeft op zijn persoonsbewijs een Sperr met de omschrijving Wehrmacht staan, een soort ontheffing, en ontkomt daarmee vooralsnog aan aanhouding.
Veel gezinnen met kinderen worden dan gedeporteerd enook het hoofd van de school en twee leerkrachten worden afgevoerd. Nog een drietal maanden wordt er door één van de ouders thuis lesgegeven aan de overgebleven kinderen. Maar ook dit gezin duikt onder en op 28 januari 1943 wordt de Joodse school definitief gesloten.
Eind juli 1943 wordt Levie met zijn gezin alsnog bijeen razzia opgepakt en naar Westerbork afgevoerd.
Op dinsdag 7 september 1943 worden ze vanuit Westerbork gedeporteerd naar Auschwitz.
Honderd kilometer voor Auschwitz, in Cosel moet een deel van de mannen uitstappen, waaronder waarschijnlijk ook Levie. Hij en de andere uitgestapte mannen moeten daar onder erbarmelijke omstandigheden dwangarbeid verrichten totdat ze er letterlijk dood bij neervallen.
Eva en de kinderen worden direct na aankomst in Auschwitz in de gaskamer vermoord.
Het overlijden van Levie is bepaald op 31 maart1944 ‘ergens in Polen’.
Er zijn geen foto’s bewaard gebleven van Levie, Eva, Alex en Alexander.
In het Holocaust Monument in Amsterdam herinneren 4 stenen aan dit jonge gezin.