Princess Patricia's Canadian Light Infantry: kortweg de Patricia’s
De Tweede Wereldoorlog begint in Europa op 1 september 1939 en het parlement van Canada verklaart op 10 september 1939 de oorlog aan Duitsland. Diezelfde dag worden de Patricia’s gemobiliseerd voor actieve dienst; het regiment rekruteert tot oktober vrijwilligers in Winnipeg en Vancouver.
Op 21 december 1939 gaat het regiment scheep in Halifax, Nova Scotia en arriveert in Aldershot, Engeland, als onderdeel van de 2e brigade van de 1st Canadian Infantry Division. Op 10 februari 1940 inspecteert de kolonel-in-chief, prinses Patricia, haar regiment voor het eerst in eenentwintig jaar. Het regiment brengt drie eneen half jaar door in het Verenigd Koninkrijk met kustverdediging, opleiding en en training in verschillende delen van het land.
Italiaanse campagne:
Op 10 juli 1943 landt de PPCLI, die deel uitmaakt van de 1st Canadian Infantry Division en het Britse Achtste Leger, op Sicilië. De Patricia’s winnen hun eerste slag bij Leonforte. Later, op 4 september 1943, landt het regiment bij Reggio di Calabria op het vasteland en vecht twee maanden lang naar het noorden in Italië. De opmars wordt afgeremd door de vernielde bruggen en de Duitse achterhoede. In december1943 vecht het regiment tijdens de Moro River Campagne en Kerstmis wordt doorgebracht met hevige straatgevechten in Ortona. In mei 1944 neemt de PPCLI deel aan het offensief tegen de Hitlerlinie, ten westen van Monte Cassino, tijdens het geallieerde offensief tegen Rome. In augustus neemt de PPCLI deel aan het offensief tegen de Gothic Line en aan de aanvallen op San Fortunato en Rimini. Op 13 maart 1945 word het 1st Canadian Corps overgebracht naar Noordwest-Europa waar het zich bij het Eerste Canadese Leger voegt voor de bevrijding van Nederland. Na de bevrijding van Apeldoorn trekt de PPCLI op 7 mei 1945 als eerste geallieerde troepenmacht Amsterdam binnen.
Samenvatting:
In het verzamelgebied bij Joppe oefenen de Patricia’s met Britse Buffalo ’s. Dit zijn amfibische rupsvoertuigen die de troepen naar de overkant van de IJssel moeten brengen. Op woensdagmiddag 11 april om 16:30 u is het zover. Onder dekking van een rookscherm duiken de Buffalo’s het water in. De oversteek verloopt probleemloos. De Patricia’s hebben maar een kwartier nodig om hun eerste doel, boerderij ’De Kribbe’, te bereiken. Vervolgens trekken zij verder naar Wilp. Rond middernacht zijn daar opstellingen ingenomen. Dat is maar goed ook, want om 04:00 uur zetten de Duitsers een tegenaanval in. Die wordt afgewezen en de Duitsers lijden aanzienlijke verliezen.
Donderdagmiddag worden de Patricia’s afgelost door het Carleton & York Regiment en verplaatsen zij zich naar de zuidkant van het bruggenhoofd. Daar maken zij zich gereed voor een aanval op Bussloo, die zij in de vroege morgen van vrijdag 13 april met steun van tanks inzetten. De aanval slaagt en zij trekken verder inde richting van Klarenbeek. Het oprukken over de binnenwegen kost tijd en het duurt tot zondag 15 april in de middag voordat Tonden en Voorstonden worden bereikt. Rond 1700 uur is het gros van het bataljon west van Rhienderen aangekomen. Patrouilles melden dat het gebied oostelijk van het kanaal vrij van vijand is.
Op zondagavond krijgen de Seaforth Highlanders en de Patricia's het bevel om naar het zuiden en westen uit te waaieren. Voordat de maandag om is, bereiken beide eenheden het kanaal, dat nabij Veldhuizen wordt overgestoken. De vaste oeververbinding aldaar is opgeblazen, maar met grote snelheid wordt er een Baileybrug gebouwd, die op 16 april om 22:30 uur gereed is. 's Nachts om 02:00 uur steekt de hoofdmacht van de Seaforths en Patricia's het kanaal hier over. Het bruggenhoofd wordt tot Beekbergen uitgebreid.
Meer weten:
In hetverzamelgebied bij het Joppe (ten oosten van de spoorlijn Deventer-Zutphen) is de spanning al dagenlang voelbaar. In de middag van woensdag 11 april nemen zevenentwintig Britse amfibische Buffalo-rupsvoertuigen de manschappen van de Patricia’s en de Seaforths aan boord.
Het plan voor de amfibische overgang voorziet in een gelijktijdige aanval met twee bataljons: de Princess Patricia's Canadian Light Infantry rechts en de Seaforth Highlanders of Canada links. Het derde regiment van de 2e Brigade, het Loyal Edmonton Regiment, vormt de reserve.
Om 16:00uur gaat de operatie ‘CANNONSHOT’ van start en een half uur later duiken de eerste Buffalo ’s het water van de IJssel in. De overgang verloopt dankzij een dicht rookgordijn voorspoedig en de beide voorbataljons nemen eerst opstellingen in op de westelijke oever.
Binnen een kwartier na de overgang heeft een compagnie van de Patricia’s het eerste doel, de boerderij ‘De Kribbe’, al bereikt, terwijl aan de rechterkant een tweede compagnie een andere boerderij( ‘De Weerd, codenaam ‘Ness’) verovert. Uit de geringe Duitse tegenstand blijkt dat de vijand zich terugtrekt. Aanleiding om verder naar het westen op te rukken.
Als de Patricia’s de oostrand van Wilp naderen bevinden de eerste eenheden van de Seaforths zich ten noorden van huize ‘De Bolt’ aan de Marsstraat. Op 12 april, kort na middernacht, hebben de Patricia's het dorp onder controle. Een compagnie staat aan de noordkant en een andere compagnie bij ‘Den Hof’, terwijl de derde compagnie de rechterflank beschermt aan de Yperenberg.
Om 04:00 uur voert de vijand met 200 man infanterie en drie tanks een tegenaanval ten noorden van Wilp uit, richting ‘Yperenberg’. De compagnie Patricia’s daar laat de Duitsers eerst passeren om deze vervolgens in de flank aan te vallen. Bij deze actie worden tachtig man en één tank uitgeschakeld. De beide andere tanks worden uitgeschakeld door de andere compagnie waarna de overblijvende Duitsers het hazenpad kiezen of krijgsgevangen worden gemaakt.
’s Middags om 14:00 uur lost een bataljon van het Carleton & York Regiment (dat tijdelijk onder bevel van de 2e Brigade is gesteld) zowel de Seaforths als de Patricia’s af. Zo blijft de linkerflank van de 1e Brigade beschermd en de Patricia's verhuizen naar de zuidflank.
Diezelfde nacht worden de Patricia’s teruggenomen en geconcentreerd in de voormalige Seaforth-sector (bij huize ‘De Poll’ en de Dijkwelsche Kolk). De Patricia’s nemen daar uitgangsstellingen in voor de aanval op Bussloo en Gietelo, die zij op zaterdag 14 april met steun van tanks in alle vroegte inzetten.
De Patricia's stellen drie gevechtsgroepen samen om de Duitsers uit de omliggende bossen te verdrijven. De vijand heeft zijn aftocht gedekt door de bospaden kwistig met mijnen te bestrooien, maar verzetsmensen hebben de ondermijnde paden zorgvuldig met kalk gemerkt. Vlammenwerpers, zware mitrailleurs en scherpschutters komen in actie tegen de vluchtende tegenstander. Tien Duitsers sneuvelen en vijftien geven zich over.
Vervolgens trekken de Patricia's verder in de richting van Klarenbeek. Dat kost tijd omdat het bataljon, oprukkend langs de westzijde van de spoorlijn, hoofdzakelijk van binnenwegen gebruik moet maken.
Op 14april om 14:00 uur komen de eerste troepen bij Tonden en Voorstonden aan en pas tegen 17:00 uur bevindt het bataljon zich aan de westkant van Rhienderen.
Omstreeks deze tijd melden patrouilles van de Patricia’s dat het gebied ten noorden en oosten van het Apeldoorn-Dierens kanaal onder controle is. In deze sector zal de volgende dag een typisch Brits-Canadese ontmoeting plaatsvinden. Dat komt door het feit dat er aanwijzingen zijn dat Dieren niet langer door de Duitsers bezet wordt gehouden. Dit vormt dan ook aanleiding om Dieren met bekwame spoed in te nemen.
Op de avond van de 15e krijgen de Patricia's het bevel naar het zuiden en westen uit te waaieren en voordat de dag om is het kanaal bereikt, dat nabij Veldhuizen wordt overgestoken. Een naar Oosterhuizen uitgestuurde patrouille stelt vast dat het dorp door de Duitsers is verlaten en de Canadese militairen worden ingehaald als ‘bevrijders’. De ophaalbrug bij Veldhuizen is opgeblazen, maar met grote snelheid wordt er een Baileybrug gebouwd, die op 16 april om 22:30 uur gereed is. 's Nachts om 02:00 uur steekt de hoofdmacht van de Patricia's het kanaal hier over. Op weg naar Beekbergen wordt het ook door de Duitsers verlaten Lieren bevrijd. Beekbergen wordt de uitgangsstelling voor de verdere opmars naar Barneveld.
